Susan uit Oosterwolde maakt enorme wandeltocht: De dag

Susan van Weperen loopt in Amerika de Pacific Crest Trail. Eigen foto
Ik word wakker van de zachte regen. Tikkend tegen het tentdoek. Druppel voor druppel. Alsof het mij vertelt „wakker worden Susan. Vandaag is de dag” en vandaag IS de dag. Zondag 9 april, eerste paasdag, de dag waar ik een half jaar lang naartoe heb geleefd. Nu is het eindelijk zo ver.
Ik verblijf bij zogenaamde ‘trail-engelen’ dit zijn mensen die PCT-wandelaars helpen. Twee trail-engelen die dichtbij de start van de PCT wonen hosten elke dag zo’n 30 wandelaars in hun tuin. Ze mogen tevens gebruik maken van hun toilet en douche binnen. Gastvrijheid van de bovenste plank. Terwijl ik opsta wordt de tafel waar we gister nog avondeten kregen opgediend, gedekt met ontbijt. Alles gratis en vergoedingen en cadeautjes worden niet geaccepteerd door deze engelen.
Nadat ik mijn ontbijt op heb, kruip ik terug in mijn tent om de laatste spullen in te pakken. De regen begint harder te tikken tegen mijn tentdoek. Elke druppel landt op een onvoorspelbare plek op het zeil, symbool voor het onverwachte dat komen gaat. Een dunne druppel linksboven voor de onwerkelijkheid dat deze dag nu echt gekomen is. Een dikke druppel links, uiteenspattend tegen de dikke tentstok; de tot nu toe verbazingwekkende gastvrijheid van de Amerikanen. Een dunne druppel vanaf rechts; de uiteenlopende persoonlijkheden van de wandelaars. Een dikke uiteenspattende op de grond, de tent gemist.
De regen begint op te houden nadat ik mijn tent heb ingepakt en het busje waarmee we worden opgehaald om naar de start te gaan, staat klaar. Een uur rijden later is het ritje afgelopen. Ik richt mijn ogen op het monument van het zuidelijkste puntje van de Verenigde Staten. Ondertussen rijdt het busje dat ons heeft gebracht weg. Stof waait omhoog als het busje verdwijnt tussen de cactussen op het droge pad. „Daar sta je dan”, denk ik en met verbazing laat ik mijn blik rusten op de grote hoge muur, hij is er echt. Ik raak de muur, waarachter ik Mexico zie, aan. Ik draai om en kijk met nieuwsgierige blik naar het 4265 km lange pad dat voor me ligt. Vol met onvoorspelbaarheid en nieuwe ervaringen. Met gebogen hoofd en oranje capuchon over mijn hoofd verdwijn ik om de eerste hoek.